Als ik terugkijk naar afgelopen jaar moet ik misschien wel constateren dat ik op het hoogtepunt van mijn sportlifecrisis ben beland. Ik ben opnieuw verliefd, ik voel mezelf Superman en ik loop in een hippe outfit. Het meest opzienbarende is misschien nog wel dat ik radicaal anders ben gaan trainen. Na tien jaar fanatiek freewheelen was deze eigenwijze ervaringsdeskundige begin van dit jaar eindelijk klaar voor een coach. Via het Polar Coachingtraject ging ik met niemand minder dan Frederik van Lierde in zee. Het doel was om op mijn ‘oude dag’ de nieuwe 40+ agegroup binnen te stormen en mijn oude PR van 04.59,41 op de halve triatlon te verpulveren.

Trust the process

Na een online kennismaking met mijn coach stelt hij mij voor aan Zone 1. Ik had natuurlijk weleens vaag van Zone 1 gehoord, maar ik had er nog nooit echt kennis mee gemaakt. Mijn nieuwe door de coach opgestelde trainingsschema’s bevatten vanaf dan de nodige kilometers in Zone 1 afgewisseld met versnellingen. In plaats van een dagelijkse ‘op goed geluk’ greep uit de afstand- en intensiteitstombola train ik nu met een plan. In het begin voelt Zone 1 alsof ik mijn trainingen deels achteruitlopend af moet leggen. Frederik ‘overruled’ mijn twijfels echter direct met de zalvende woorden: “trust the process”. En wat kan ik als meervoudig tweedeplekken pakker in regionale wedstrijdjes nou eenmaal tegen een oud-wereldkampioen inbrengen? Niets natuurlijk! Volgzaam schik ik mij in de rol waarbij schema’s mijn (sportieve) leven bepalen.  

Holy Moly

Mijn trainingsbijbel bevindt zich vanaf dat moment in coachbox. Als een soort religieus proces bid ik op een kleedje richting Hawaii voor een mooi trainingsschema. Dagelijks prent ik de betreffende sport-psalm en bijbehorende zones uit mijn hoofd. En op zondag trek ik mijn netste fietskleding aan en vul mijn bidons met weiwater. En de heidense krachttraining die niets toevoegt aan mijn doel verban ik voorlopig even uit mijn leven. Wat moet dat moet!

Het calculerend brein van een fanatieke ‘agegrouper’

De tien uur trainen (met uitschieters naar vijftien uur) zijn feitelijk gezien maar 6% van het aantal uren dat in een week gaat. Maar het zijn stiekem meer uren dan je denkt. Mij hoor je niet klagen. Wel veel plannen, schuiven en combineren. Zo ren ik zaterdags kris kras door Den Haag, Delft en Nootdorp om mijn fietsende kinderen bij de sportvereniging en het zwembad af te zetten en op te halen. Zo schraap ik beetje bij beetje mijn lange duurloop bij elkaar.

‘BIG Fre is watching me’

De eerste twee weken volg ik het schema minutieus. Sportieve ongehoorzaamheid leidt er al snel toe dat ik begin te schuiven met de trainingen tussen de dagen waarop het mij uitkomt. En als er een pre-breakfast run op het programma staat, durf ik met het idee dat mijn Polar horloge mogelijk mijn eetbewegingen registreert en Frederik dit zou kunnen zien, vooraf dan ook echt niets te eten. Vreemd genoeg voelt een gepland en uitgeschreven interval training alsof je hem samen loopt. En terwijl ik braaf het schema afwerk, vraag ik mij af of anderen zien dat ik gestructureerd bezig ben. Met een coach die over mijn schouder meekijkt voel ik mij met de week sterker worden. “A man on a mission”. Maar even zo vaak vraag ik mij af of het normaal is om na het op bed leggen van de kinderen en een drukke werkweek op vrijdagavond 20.00 nog twee of drie uur op de tacx te gaan zitten tot je er bijna afvalt. Dit is niet alleen fysiek maar met name mentaal een serieuze beproeving. Zou dit de manier zijn om die winnaarsmentaliteit te kweken? Je haalt maar beter je doel, anders kan je dit allemaal nog een keer doen.

Mijn andere sportlifecrisis kenmerken

Niet alleen verander ik radicaal van trainingsaanpak ook word ik verliefd. Verliefd op een TE dure tijdritfiets. Onder het mom van “aan het materiaal mag het niet liggen” koop ik een Cervelo P5 met Zipp 808 wielen. Als mijn kinderen ‘Het Monster’ zien vragen ze in eerste instantie wat ik nu eigenlijk gekocht heb? Nu weet ik het zeker. Ik ben niet langer alleen aan mezelf en de coach, maar ook aan mijn fiets verplicht om een goede tijd te rijden.

Ondertussen waan ik mijzelf met de week onoverwinnelijker. Het carbon in mijn superstijve On Cloudboom schoenen van ON Running zijn mijn cryptonite. Met deze schoenen, een bord voor m’n kop en een schema in m’n hoofd is het verstand op nul en draven geblazen.

En omdat tijdens een ‘full blown sportlifecrisis’ de kleren uiteindelijk toch de man maken en om echt de allerlaatste gratis seconden nog mee te pakken, draag ik een gloednieuwe race trisuit van Z3r0d.   

6 juni, D(elayed)-Day

Afgetraind en wel ben ik zes juni klaar voor de Challenge Geraardsbergen. Maar dan is er nog Corona….. Het alternatief wordt de Decospan triatlon in Menen. Vorig jaar heb ik hier ook meegedaan dus dat gaat de perfecte vergelijking opleveren tussen freewheelen en trainen met een coach. EN ik heb hier nog iets goed te maken nadat ik vorig jaar na 13km in de halve marathon langzaam begon in te storten wat de laatste drie kilometer tot een hel maakten. Kortom, Payback time!

22 augustus, nu is het Mene(n)s

Al tetrissend pas ik mijn triatlon spullen in een volgeladen auto waarbij mijn fiets precies past tussen de skates, het bingo apparaat en de Maya de Bij koffer. Nadat ik mijn dochters te logeren heb gebracht bij mijn ouders, rijd ik richting België om daar ’s avonds om 21.00 nog aan een ‘inverse escape room’ te beginnen. Mijn ‘airbnb host’ heeft mij een foto gestuurd onder welke plant ik de sleutel en via welke trappen ik mijn kamer kan vinden. Net voor ik de voordeur dicht trek, check ik nog even of ik geen tas buiten heb laten staan. Niets vermoedend steek ik mijn hoofd naar buiten en zie dat een voluptueuze buurvrouw van twee huizen verderop volledig bloot een paar straatkatten eten staat te geven in de deuropening. Ik weet niet wie het meest schrikt. Maar allebei doen we de deur snel dicht. Voor deze jongen even geen seks voor de wedstrijd maar een heerlijk bed op 800 meter van de start. Net een echte prof.

Nu is het echt D-Day

Als ik de volgende ochtend in het parc ferme aankom leg ik eerst weer minutieus de sportdrank, bril in helm, handdoek en openstaande schoenen puzzel neer. Heerlijk dat geneuzel in de marge van het wereldtoneel dat op dat moment “oh zo belangrijk lijkt”. Opgaan in iets wat je graag doet is het mooiste wat er is. Klaar om mezelf ongeveer vijf uur lang professioneel triatleet te wanen. Jammer dat het steeds korter wordt zou je denken 😉

Plan the race, race the plan

Het zwemmen gaat volgens plan. Geen gekke dingen en een gelijkmatig tempo wat zeker niet slecht is gezien het geringe aantal Corona zwemuren. Eenmaal uit het water door naar de fiets en rammen op die pedalen.

Door mijn hoofd spookt continu dat ik zowel mijn fiets als mijn coach niet teleur mag stellen. Ondertussen begint het steeds harder te waaien en te regenen. Het zijn drie rondes van 30km en 150m hoogteverschil. De eerste 15km wind mee en de tweede 15km wind tegen. Ik ga als een speer van start en fiets met 37km/u een mooi gemiddelde. Ondertussen probeer ik mij zo goed mogelijk aan het voedingsplan te houden wat simpelweg inhoud dat ik zoveel mogelijk zoete troep onderweg naar binnen moet werken om te voorkomen dat ik later in de race stil val. GEEN bars alleen gells, aldus de coach. Als ik de hele candyshop weggewerkt heb, blijkt dat ik 2.35u op de fiets gezeten heb en is het tijd voor het looponderdeel.

Met in mijn achterhoofd het stilvallen van vorig jaar besluit ik voor eens in mijn leven niet te gek te starten en in een uitgekiend vlak tempo te lopen dat mij thuis moet brengen in een totaaltijd van 04.50. Bij de beruchte 13km is er nog geen spoor van vertraging en diesel ik lekker verder. Na 16km begin ik licht te vertragen maar het competitiebeest in mij weet de volgende twee kilometer aan te haken en samen op te lopen met een andere getergde sub5 deelnemer. Een kort praatje volgt en om de beurt geven we het tempo aan. De laatste twee kilometer leg ik toch alleen af omdat ik het tempo niet meer kan volgen. Zowel het publiek en de mogelijkheid om nog twee deelnemers in te halen voor de finish geven me vleugels en ik weet er nog een eindsprint uit te persen. Finish 04.50! YES YES YES 😀

Hannibal: “I love it when a plan comes together”

Het mooie van sport is dat je jezelf even kunt verliezen in het idee een superster te zijn. Diegene waar alles om draait en die een bijzondere prestatie neerzet. En na die hallucinerende droomvlucht beland je op maandag gewoon weer met spierpijn op je stoel voor je computerscherm. In mijn geval althans. Nagenietend. Klaar voor nieuwe snode plannen en avonturen. To be continued….